FC Barcelona weet na vier wedstrijden de Liga weer wat winnen is. Na de zege op Celta begin oktober wisten de Catalanen geen overwinning meer te boeken in de Liga, maar zaterdagmiddag boekte Barcelona eindelijk weer een overwinning. In een leeg Camp Nou was Barcelona met 5-2 te sterk voor Real Betis.
Barcelona begon tegen Real Betis sterk met direct een aantal grote kansen. Zo wist Ansu Fati het net niet te vinden en werd het een verschrikkelijke eerste helft voor Antoine Griezmann. De aanvaller verzuimde twee enorme kansen te scoren en wist, bij afwezigheid van Messi, ook nog eens een strafschop te missen. Toch kwam FC Barcelona in de eerste helft voor. Ousmane Dembélé kapte Moreno goed uit en schoot in het strafschop gebied hard de 1-0 binnen.
Vlak voor rust kreeg Barcelona wederom de deksel op de neus, nadat Real Betis via William ook al enige kansen kreeg. Het was Sanabria die vlak voor het rustsignaal de bezoekers op 1-1 zette.
Messi doet wonderen
Na de pauze bracht Ronald Koeman Lionel Messi in de ploeg en met hem begon Barcelona beter te voetballen. Het duurde ook maar drie minuten voordat de Catalanen weer op voorsprong kwamen. Na een goed overstapje van Messi kon Antoine Griezmann eindelijk zijn doelpunt maken en Barcelona op 2-1 zetten.
Na een uur voetballen leek het duel volledig in het slot te worden gegooid, nadat Mendi met rood moest vertrekken. De verdediger hield de bal met de arm van de lijn en Messi kon vervolgens vanaf de stip eenvoudig 3-1 binnen schieten.
Lorén leek een kwartier voor tijd de spanning terug te brengen in de wedstrijd, nadat de verdediging van Barcelona opnieuw niet goed georganiseerd stond te verdedigen. De aanvaller kon eenvoudig 3-2 achter Ter Stegen schieten.
Uiteindelijk was het wederom Lionel Messi die het duel toch in het slot gooide. De Argentijn wist, na een snelle combinatie, eenvoudig de 4-2 in het dak van het doel te schieten. In de slotfase mocht ook Pedri nog even de 5-2 binnen glijden voor de Catalanen.