De financiële situatie van FC Barcelona wordt als maar zorgelijker. De club is 196,7 miljoen euro verschuldigd aan spelerstransfers en zag de netto schuld afgelopen jaar verder oplopen. Dat werd maandag via een rapport openbaar gemaakt. Het rapport laat zien dat de situatie voor FC Barcelona zorgelijk is.
Het rapport laat onder meer zien dat de netto schuld met 55,5% verhoogd is in één enkel seizoen, gaande van 217 miljoen euro in 2018-2019 naar 488 miljoen euro in 2019-2020. En het heeft ook de korte termijnschuld met 31% zien oplopen, van 505,5 miljoen euro naar 731 miljoen euro.
Tot de debet posten behoren 196,7 miljoen euro aan spelerstransfers, zoals die van Frenkie de Jong, waarvoor de Catalaanse club nog 48 miljoen euro aan Ajax moet betalen; Philippe Countinho (40 miljoen naar Liverpool); Francisco Trincao (9,8 miljoen aan Sporting de Braga); Junior Firpo (9 miljoen aan Betis); of Matheus Fernandes, die een jaar geleden van Palmeiras werd gecontracteerd en waarvoor nog 4,6 miljoen aan de Braziliaanse club verschuldigd is, ondanks het feit dat de speler nog maar 17 minuten in het eerste elftal heeft gespeeld.
Aan de andere kant heeft Barça nog slechts 46,4 miljoen euro te innen aan transfers, zodat het saldo op deze post een negatief saldo van -150,3 miljoen vertoont.
COVID-19
Volgens het jaarverslag had de entiteit tijdens het seizoen 2019-2020 een bedrijfsresultaat van 885,4 miljoen euro moeten zijn, terwijl de prognose was om 1.059 miljoen euro in te voeren. Dat is 203,7 miljoen euro minder, dat voornamelijk aan de COVID-19 pandemie te wijten is.
Die 855 miljoen euro is bovendien een daling van -14% ten opzichte van de 990 miljoen euro die FC Barcelona in het voorgaande jaar invoerde, dat een verlies van van 97 miljoen euro na belastingen is ten opzichte van het vorige jaar.
